
Vanmorgen bij het afwassen merkte ik dat de wok is beschadigd. De bodem begint de coating te verliezen. Hoewel dit geen anti-aanbaklaag is lijkt het me toch niet heel gezond. De wok is echter wel een belangrijk onderdeel in mijn kookarsenaal. Gelukkig leek de oplossing eenvoudig. Want toen ik het tegen Erna zei, kwam zij met de in ons huishouden gevleugelde opmerking: “Er staat er nog één in de opslag.”
Aladin
Die opslag is onze persoonlijke grot van Aladin. Het is een opslagruimte die wij zijn gaan huren toen we onze twee huishoudens samenvoegde. Alles wat niet in ons kleine huisje paste, hebben we daar opgeslagen. Veel huisraad hebben we dus dubbel. We hadden toen grootse plannen voor al die spullen. Maar in de loop van de jaren zijn die plannen gewijzigd. De opslag begint een blok aan ons been te worden. Want het zal je misschien verbazen, maar zo’n opslagbedrijf geeft je die opslagruimte niet cadeau. Het kost ons maandelijks geld. Dat begint in de papieren te lopen. En hoe vaak heb je die spullen nou werkelijk nodig? Vrijwel nooit, zo blijkt. Mocht je ooit een wok willen vervangen dan kun je voor het bedrag van de maandhuur van de opslag een aardige wok kopen. Economisch is de opslag niet meer verantwoord.
Opruimen
Dus we moeten opruimen. Nou zijn Erna en ik allebei geen opruimers. Daar heb ik al vaker over geschreven. Dus wij moeten onszelf daar echt toe zetten. Bovendien hebben we het dermate druk dat grootschalig opruimen een behoorlijke hap neemt uit onze schaarse vrije tijd. Dat steekt. Maar soms moet je er toch aan geloven. Dus we hebben nu twee zaterdagen geblokt in onze agenda. Eén zaterdag voor de zolder, en één zaterdag voor de opslag. De zolder eerst zodat we de spullen die ons teveel aan ons hart gaan om weg te gooien hier op zolder kunnen leggen. Ik weet het, dat is slechts het probleem verplaatsen, maar we moeten ook weer niet te fanatiek worden met het opruimen. Teveel tegen je natuur in gaan is nou eenmaal niet goed.
Familiefoto’s
Het is vreemd hoe wij mensen gehecht raken aan spullen die je nooit gebruikt. Er liggen spullen op zolder die al meerdere verhuizingen van zolder naar zolder hebben meegemaakt. Waarom bewaart een mens zoiets? Het ligt daar maar te liggen. Ik heb twee keer in mijn leven collega’s gekend die bij een brand alles kwijt zijn geraakt. Ze vertelden allebei dat ze vooraf erg gehecht waren aan een heleboel spullen. En wat blijkt? Na de brand misten ze vrijwel niks, in emotionele zin. Alles wat ze nodig hadden kon nieuw worden gekocht en het wel of niet hebben van het servies van oma bleek een veel minder zware klap dan ze vooraf hadden gedacht. Het meest misten ze de familiefoto’s. Tegenwoordig heb je die allemaal digitaal in de cloud staan. En hoe vaak kijk je daar nou werkelijk naar?
Remmingen
Weggooien is moeilijk maar het kan ook een enorme last van je schouders zijn. Emotioneel gezien ben ik erg goed geworden in het wegdoen van spullen. Weggooien, verkopen via marktplaats, weggeven. Het doet me weinig meer. Ik heb wel twee remmingen: de eerste is het werk, ik vind het gewoon vervelend werk dat rondkruipen op een zolder De opslagruimte is nou ook niet bepaald mijn favoriete plek, als je een voorbeeld van een sick building zoekt, dan is het dat gebouw wel! De tweede remming is dat ik rommel letterlijk niet zie. En ik niet alleen, Erna ook niet. We kunnen beide iets ergens neerleggen waar het vervolgens maanden, zelfs jaren ligt zonder dat het ons stoort. Als het je niet stoort, ruim je het ook niet op. Heb je ook geen stimulans om het op te ruimen.
Wennen
Dat stapelt zich natuurlijk op. Letterlijk. Die stapels vallen wel eens om en dat is dan de nieuwe normaal. Zowel Erna als ik wennen ontzettend snel aan die nieuwe normaal en zo gaat het verder. Op zich helpen Erna en ik de natuur een handje. Eén van de belangrijkste natuurwetten is de wet van entropie. Die zegt dat als je een systeem aan het lot overlaat het van orde naar chaos gaat. Wij zijn een soort katalysatoren voor die natuurwet. We brengen chaos in de orde.
Nodig
Eigenlijk geeft dat ook aan dat Erna en ik veel spullen hebben maar eigenlijk maar heel weinig spullen nodig hebben. Veel van wat we in huis hebben, ligt, staat of valt zonder dat we het ooit gebruiken. We hebben het gewoon niet nodig. De energie en de motivatie ontbreken om het op te ruimen. Hierin lijken we ook weer op de honden. Die laten ook alles achter hun kont slingeren. Speelgoed dat de ene week super populair is kan de volgende week onaangeroerd blijven liggen. Of zelfs langere tijd onder een kast of bank zijn gerold zonder dat er een hond naar taalt.
DNA
Opruimen zit niet in hun DNA. Ik heb nog nooit een hond uit zichzelf zijn of haar speelgoed zien opruimen of de etensbakken zien ordenen of een favoriet kleedje zien opvouwen na het middagdutje. Het is ze misschien wel te leren, maar het komt niet uit hun zelf. Zo is het ook bij Erna en mij. We kunnen best opruimen, maar het zit niet in ons. De slijtende wok dwingt ons een opruimronde te starten. Maar ik maak mij geen illusies over de toekomst. Over een paar jaar leven Erna en ik nog steeds in onze rommel. Samen met onze hondjes. Tevreden met wie we zijn. Misschien zelfs wel een beetje trots op het feit dat we in sommige opzichten meer op honden lijken dan op mensen.
fijn dat jullie allebei tevreden zijn met de *Rommel*. niks mis mee
Het is julle huis tenslotte.
Het is toch hartstikke gezellig bij jullie?! Als je je maar thuis voelt, dat is het belangrijkste.