“Waf!”
“Ik kom eraan, Spip.”
“Waf!”
Ietwat geïrriteerd, “Ja, ik kom eraan Spip, ik ben even bezig.”
“Waf!”
Meer boos dan geïrriteerd, “Spip! Ik zeg toch, ik kom eraan!”
Mopperend onder mijn baard loop ik naar de bank waar Spip schuldbewust maar tegelijk triomferend in zijn hoekje kruipt. Ik drapeer de deken over hem heen en daarmee is het gekef over.
Woelen
Althans, dat hoopte ik dan. Want nog geen minuut later,
“Waf!”
Dat meen je toch niet? Jawel, mijnheer is weer onder zijn deken uit. Dit kan verschillende redenen hebben. Hij heeft nog even liggen woelen omdat hij nog niet helemaal naar zijn zin lag. Of hij vond bij nader inzien de andere hoek van de bank beter liggen. Of hij wilde bij een ander nader inzien toch liever in één van de slaapbakken liggen. Hoe het ook zij, Spip is weer onder zijn dekentje uit en wil weer ondergedekt worden.
Hand vol
Zo is Spip soms best een hand vol. Vooral als je met een klusje bezig bent waarbij concentratie een vereiste is. Zoals een blog of artikelen voor ons e-zine schrijven bijvoorbeeld (ben je al geabonneerd op ons e-zine trouwens? Best de kleine moeite waard). De irritatie van de schelle kef zit ‘m vooral in de dwang. Want ik weet dat Spip niet ophoudt met die schelle kef elke paar seconden totdat één van ons hem heeft ondergedekt.
Succes
Natuurlijk is dat onze eigen schuld. Hij weet dat die kef succes heeft. Hoe leer je een hond nieuw gedrag aan? Door het gedrag dat je wilt aanleren te belonen. Helaas geldt dit ook voor gedrag dat je hem of haar niet wilt aanleren. Dus als Spip keft en elke keer zijn doel bereikt, namelijk ondergedekt worden, is het niet vreemd dat hij door dit succes blijft keffen. Hij heeft geleerd dat dit werkt. We hebben hem door ons toegeven uit irritatie ongewenst gedrag aangeleerd.
Minuscuul
Het is maar een kleinigheid natuurlijk. In de grote vaart der volkeren is het keffen van Spip op de momenten dat hij ondergedekt wil worden maar een minuscuul probleem. Het staat in geen vergelijking tot de opwarming van de aarde, de oorlogen die overal en nergens woeden en of die ene Hollywood ster nou wel of niet die andere popster date.
Relatief
Wat het keffen van Spip nog veel meer relativeert, is dat we het gaan missen later. De mens is een vreemd wezen. Minstens zo vreemd als de honden waar we al zoveel millennia mee samenleven. Want ik weet zeker, een vooral uit ervaring geboren zekerheid, dat als het onvermijdelijke gebeurt en Spip er straks niet meer is, we juist die kef om aandacht gaan missen.
Ego
Lang geleden had ik een Jack Russell terriër. Een hondje met een mega groot ego en een zeer eigen willetje. Een hondje waar ik veel mee heb meegemaakt. Leuke dingen vooral. Dat zeg ik nu. Maar als ik terug denk aan hoe ik die leuke dingen toen op dat moment ervoer, waren die leuke dingen lang niet altijd even leuk. Vaak waren ze ronduit irritant of joeg hij me de schrik om het hart. Nu, jaren later, lach ik erom of tovert de herinnering aan de streken van die terriër op z’n minst een melancholieke glimlach op mijn gezicht.
Start
Zo zal de kef van Spip ook straks een fijne herinnering zijn aan een hele lieve whippet die straal verwend is door ons. En laten we wel wezen: zijn leven startte heel slecht bij mensen die nog geen goudvis zouden mogen verzorgen. Mag hij dan als compensatie een beetje verwend worden. Onze irritatie is ook maar heel kortstondig en gaat niet diep. Veel dieper gaat onze genegenheid voor Spip. Hij is nu oud en begint te slijten. Maar nog elke dag draait hij mee in de roedel en heeft een duidelijke rol. Dus behalve genegenheid is het ook een hondje om respect voor te hebben. Als ik omgerekend zo oud ben als hij nu is, hoop ik nog net zo te kunnen keffen als hij!