
Ik hou van honden. Als je deze columns al wat langer leest dan lijkt me dat duidelijk. Ik kan me geen leven zonder honden voorstellen. En toch, en toch. Soms kan ik ze wel achter het behang plakken! Als Bella weer eens over een tafel vol theekopjes heen springt bij een geluid dat al dan niet hoorbaar is voor menselijke oren. Als Blitzz zonder enige voor ons duidelijke aanleiding de oorsplijtende sirene aanzet en Erna en ik gezamenlijk het plafond raken van schrik. Als Spip na twee keer te zijn ondergedekt weer onder zijn dekentje uitkomt en met een wazige blik ons aan staat te kijken, “Ik heb het koud!”
Gemoedstoestand
Dat zijn van die momenten dat je of in de lach schiet, of het behang uit de schuur gaat halen om er een hond achter te plakken. Lachen of huilen. Het heeft allemaal te maken met je eigen gemoedstoestand natuurlijk. De honden doen exact hetzelfde wat ze altijd doen. Ze zijn zich ook van geen kwaad bewust. Hoewel dat laatste nog maar eens aan een wetenschappelijk onderzoek moet worden onderworpen. Ik vermoed namelijk dat ze donders goed weten wat ze doen. Maar dan nog, er steekt geen kwade bedoeling achter. Hoogstens een test om na te gaan hoe de weerhaan van onze bui erbij staat.
Fris
Je eigen gemoedstoestand bepaalt dus voor een groot deel hoe je reageert op het (onwenselijke) gedrag van je honden. Waar ik ‘s ochtends, fris onder de koude kraan vandaan nog om kan lachen, kan ik aan het einde van de avond niet meer zo goed tegen. En dat is niet eerlijk tegenover de honden. Nemen ze ons dat kwalijk?
Affectie
Ik heb het nog nooit gemerkt. Ze blijven alle uiterlijke schijn vertonen van een behoorlijke dosis affectie. De minder dan liefdevolle stemverheffing als de thee van kop naar vloer vloeit heeft ongeveer twee seconden effect. Na die twee seconden kruipen ze weer vol vertrouwen tegen ons aan op de bank. Equilibrium hersteld. Het laatste bloemblaadje op het madeliefje geeft een positieve boodschap. Weldra klinkt er weer een tevreden gesnurk.
Scène
Ik zie soms hetzelfde bij ouders en hun kroost. Van die scènes in een supermarkt. Een kind dat na lang dreinen door een ouder vermanend wordt toegesproken. Het kroost zet een keel op of duikt diep verontwaardigd in de kraag van de kleurrijke kinderjas. Eenmaal buiten is de ouderlijke macht bevrijd van de stress en concentratie op het juiste merk pindakaas. Het kind pakt vol vertrouwen de hand van mama of papa. De gemoederen zijn weer bedaard, de vogeltjes fluiten weer en als de auto wegrijdt van de parkeerplaats kan de aftiteling over een happy end rollen.
Mens
En zo is het ook met honden. Soms halen ze het bloed onder je nagels vandaan. Maar in bijna 100% van de gevallen ligt dat aan jezelf. Je weet het zelf en belangrijker, zij weten het ook. Ze denken ongetwijfeld, “Ach, het is ook maar een mens.” En gelijk hebben ze. Ik ga het behang weer opbergen.
Dit was heel leuk! Als je gewoonlijk ontspannen reageert op een ongelukje wordt een breekpunt als je moe bent.