Op dinsdag mag Blitzz met Erna mee naar een cliënt. Ze weet dat precies. Dinsdagochtend na het ontbijt is haar enthousiasme aanstekelijk. Ze is er helemaal klaar voor. De tas is gepakt en Erna trekt haar schoenen aan. Blitzz staat letterlijk te trappelen van ongeduld. Het is een genot om te zien hoe graag de honden mee gaan om te werken. Voor hun is het een uitje waar ze reikhalzend naar uitkijken.
Teleurstelling
Helaas voor Blitzz liep het deze week anders. Erna ging wel naar de cliënt toe, maar Blitzz haar diensten waren voor één keer niet nodig. We hebben nog even getwijfeld of ze misschien toch mee kon, maar we besloten toch dat het beter was van niet. Blitzz stond al klaar bij de voordeur, maar het feest ging niet door. De teleurstelling was groot. Haar gezichtje betrok en haar lichaamshouding had meer weg van een mislukte soufflé dan van een zelfverzekerd hondje. Hoe ik haar ook probeerde te troosten en af te leiden, ze was niet op te vrolijken.
Blijdschap
En dan komt het moment dat Erna weer thuis komt. De hondjes horen de auto. Natuurlijk is er dan de dolle blijdschap van drie honden. Hoewel, één van de drie is minder opgetogen dan anders. Blitzz houdt zich een beetje afzijdig. En dan is er het moment dat Erna oogcontact maakt met Blitzz. En als blikken konden doden dan had Erna minstens jeuk gehad. Hoe expressief kan een hondenblik zijn. Vanaf de bank schoten die twee bruine kijkers van Blitzz met scherp. Boos!
Gecultiveerd
Klaarblijkelijk was de teleurstelling van de ochtend getransformeerd naar boosheid. En die boosheid had ze de hele ochtend gecultiveerd. Erna en ik schoten in de lach. Maar dat is natuurlijk helemaal de verkeerde reactie. Dat realiseerden we ons direct maar het was al te laat. Blitzz ging met de rug naar ons toe liggen en de hele lunch door heeft ze goed laten merken hoe ze over ons dacht. Daarbij heeft ze natuurlijk niet de traditionele traktatie van de vetrandjes van de ham laten lopen. Boos zijn is tot daar aan toe, maar je moet natuurlijk niet de innerlijke hond vergeten.
Puzzel
De middag kabbelde voort zoals gewoonlijk. Pakketjes voor de shop klaarmaken en wegbrengen, verslagen schrijven, administratie doen, noem maar op. Erna heeft ook nog een heel eind met Blitzz gewandeld om het goed te maken. Om een uur of half zes ging ik eten koken en alles leek normaal. Het eten hebben we zoals gebruikelijk op de bank genuttigd en na het eten vond de dagelijkse puzzel plaats: hoe passen we drie honden en twee mensen op één bank.
Randje
Tijdens die puzzel lagen Spip en Blitzz beide aan mijn kant in een hoekje. Dat was wat krap en er was voldoende ruimte aan Erna’s kant voor een viervoeter. Aangezien Blitzz het meest op het randje zat was het logisch dat Blitzz naast Erna moest gaan liggen. Dus Erna riep haar, “Kom maar Blitzz, hier is nog ruimte.”
Gedecideerd
Maar daar wilde mevrouw Blitzz niet aan. Ze parkeerde haar kontje gedecideerd naast mij, gaf Erna een blik waar de melk van zou verzuren en draaide zich met haar rug naar Erna toe in de kleine ruimte die er nog was. Ik heb nog nooit een hondje meegemaakt dat zo lang boos kan blijven. Het heeft tot de volgende dag geduurd voor Blitzz haar donderwolk had afgeschud. Het zijn van die dagen dat ik me afvraag of Erna niet beter met goudvissen kan gaan coachen.
O, wat moest ik lachen, wat een karakter, een karakter dat ik heel goed begrijp. Niet leuk voor Erna dat ze zo reageert, maar het is weer een bevestiging dat de uitspraak : Het is maar een beest, op zijn minst beter moet worden geanalyseerd. Heel goed beschreven.