
Sinds ik een zekere leeftijd ben overschreden begint mijn lijf tekenen van slijtage te vertonen. Dat is normaal. Hier en daar een kraakje en piepje. De gewrichten die ‘s ochtends durven te protesteren. En zo nog wat van die verschijnselen van een oplopende jarenteller. Als ik zeg dat ik me oud voel lachen mijn lieve ouders zich een kriek. Zij zijn 83 en 88 en zo fit als een hoentje. Mijn vader verricht op zijn stuk land de fysieke tuinarbeid waar de gemiddelde dertiger drie dagen van op bed zou liggen, kermend van de spierpijn. Mijn moeder doet in haar tuin en hun huis hetzelfde. Let op: ze hebben ieder hun eigen tuin omdat de hoeveelheid energie collectief aanwezig teveel is voor slechts één tuin. Soms vragen mensen mij of mijn ouders gescheiden zijn omdat ik het over mijn vader’s tuin en moeder’s tuin heb. Maar niets is minder waar. Ze zijn al 61 jaar zeer gelukkig getrouwd. Een potje schaken tegen mijn vader of een potje Wordfeud tegen mijn moeder onderneem je geheel op eigen risico. De kans dat je meedogenloos in de pan wordt gehakt is aanzienlijk. Dus ook mentaal zijn mijn ouders jong. Nee, Ik mag mijzelf onder geen voorwaarde oud noemen. En toch, hè. En toch.
Pitstop
Eén van de tekenen van voortschrijdende jaren, specifiek voor mannen is het feit dat de tijd tussen plaspauzes aanzienlijk afneemt. Daar waar de jonge kerel al bier tankend met twee keer op een hele avond uitkomt, is het voor de niet meer zo jonge man best mogelijk dat twee keer in een uur niet vreemd is. Ik drink geen bier meer. Helemaal geen alcoholische drank meer. Al zo’n zeven jaar niet meer. En dat bevalt heel goed. Maar het bier en de wijn zijn vervangen door thee. Daar haal ik nu dezelfde smaaksensatie uit als ik vroeger uit een goede whisky, speciaal bier of wijn haalde. We experimenteren ook graag met verschillende specerijen die we aan de thee toevoegen. Kardamom, kaneel, tijm, kruidnagel, noem maar op. Heerlijk. Probleem is dat thee ‘s avonds gedronken niet tot de volgende ochtend wacht. Met andere woorden: ik moet steevast ‘s nachts een pitstop maken.
Begeleid
Dit doe ik vaak niet alleen. Hoewel ik dus nog niet oud genoemd mag worden ga ik ‘s nachts toch al begeleid plassen. Mijn begeleider heet Blitzz. Ze weet dat Bella ‘s nachts aan een voor haar zeldzame lethargie lijdt. Bella blaft misschien een paar keer en ze uit meestal na-brommend haar ongenoegen over de verstoring van haar nachtrust. Verder blijft ze opgekruld op haar plek liggen. Spip loopt hoogstens een keer heen en weer tussen zijn bak en het toilet om aan te geven dat zijn dekentje op oncomfortabele wijze is verschoven. Maar ook die gaat weer liggen, wetend dat ik het signaal heb begrepen en hem aanstonds weer onder zal dekken.
Kern
Blitzz ziet dus haar kans schoon. Als ik zit(!) te plassen, komt ze aangetrippeld en gaat voor mij staan. We hebben daar een routine in opgebouwd inmiddels. En dan kom ik eindelijk bij de kern van het verhaal: aaien. Aaien is een kunst. Wat veel mensen niet weten is dat er een specifieke manier van aaien is, die voor honden heel veel betekenis heeft. Het kopieert namelijk de manier waarop de moederhond haar pups onderzoekt en geruststelt. Daar zit heel veel theorie achter en dat kun je uitgebreid lezen in het boek “Honden trainen volgens de regels van de natuur met de roedelmethode deel 2” van Arjen van Alphen en Francien Koeman (pag. 228 en verder). Een aanrader overigens!
Geur en volgorde
Er spelen twee factoren een rol. De mensenhand is in veel opzichten te vergelijken met de hondenbek. Daar waar een hond vrijwel alles met zijn bek doet, doen wij vrijwel alles met onze handen. Dat betekent dat onze handen dezelfde geurinformatie dragen als de hondenbek. En geur is hét belangrijkste communicatiemiddel van de hond. Het gebruik van onze handen om de hond te aaien lijkt dus erg op het gebruik van de hondenbek van de moederhond. Als de moederhond de pups inspecteert, gebruikt ze daar een bepaalde volgorde voor. Dit is de tweede factor. In het boek staat uitgebreid beschreven wat de volgorde is maar in het kort komt het hier op neer: begin bij de oren, dan de rest van de kop, dan naar de borst en de voorpoten en zo ga je systematisch het hele lijf af naar de achterhand en de staart. Wat hierbij heel belangrijk is: je observeert continu de reactie van de hond. Deze reactie is namelijk een indicatie in hoeverre jouw hond je vertrouwt. Zeker bij herplaatsers zoals wij hebben, kan het jaren duren voor je zonder tekenen van protest bij de achterhand van de hond aankomt. Dus tilt je hond bijvoorbeeld een pootje op als je daar bent aangeland, dan is dat een signaal dat je nog even te ver gaat. Je gaat dan een stapje terug en bouwt zo heel langzaam de band op.
Invulling
En zo zit ik dus vaak ‘s nachts op het toilet samen met Blitzz. Het is niet erg om ouder te worden. In plaats van een vervelende verstoring van het slaapritme, is de slijtende blaas een aanleiding voor Blitzz en mij elkaar beter te leren kennen. Nog los van het feit dat een hond aaien ook rustgevend is voor jezelf. Aaien op het toilet. Een titel waar je allerlei invulling aan kan geven maar die uiteindelijk behoorlijk onschuldig en tegelijk nuttig blijkt. Tijd voor thee!
Leuke titel! Ik dacht wat komt er nu?
Maar die honden taal is fascinerend, wat wist je daar nou van vroeger. Je was er goed voor, dat wel. Eerst de hond dan jij zei vader
Een hond is een hond is een hond gaat ook niet meer op. Die van jullie zijn heel verschillend. Weer een goed verhaal.